Het is weer wintertijd en dat betekent dat het licht om 3 uur al aan het verdwijnen is. Dramatisch als je afhankelijk bent van het daglicht om je foodfoto’s te maken. De beste oplossing is het om dan te gaan werken met kunstlicht. Voor veel mensen een struikelblok, want waar moet je nu in hemelsnaam mee beginnen?
Beginnen met kunstlicht
Fotograferen met kunstlicht klinkt vaak ingewikkeld, maar dat hoeft het niet perse te zijn. Ik ben ooit begonnen met mijn foodfotografie door alleen met het bestaande licht te werken en nog steeds vind ik dat fijn. Want daglicht is mooi, zacht en je hebt weinig extra nodig om een goede foto te kunnen maken.
Maar sinds een paar jaar ben ik nagenoeg volledig overgegaan op fotograferen met kunstlicht. De uitzondering is als ik thuis werk, want de lampen staan in de studio.
In dit artikel geef ik je 5 tips voor het beginnen met kunstlicht als hobbyfotograaf of foodblogger.
1. Begrijp je uitrusting
Het eerste wat je moet doen, is je uitrusting begrijpen. Dat klinkt voor de hand liggend maar is voor sommige mensen nog best een struggle. Wat heb je nodig voor foodfotografie met kunstlicht?
- Camera: Een digitale spiegelreflexcamera (DSLR) of een spiegelloze camera is ideaal, maar zelfs een geavanceerde smartphone met handmatige instellingen kan voldoende zijn.
- Objectieven: Gebruik een lens met een vaste brandpuntsafstand (prime lens) zoals een 50mm of 85mm. Deze lenzen hebben meestal een grotere diafragma-opening, wat handig is voor het beheersen van scherptediepte. Mijn favoriete lens is een 100mm macro maar voor topshots of flat lays gebruik ik een 24-70mm.
- Statief: Een statief is essentieel voor stabiliteit, vooral bij het werken met lange sluitertijden. Zorg ervoor dat je een stevig statief hebt. Nog handiger als je statief ook makkelijk een topshot kan maken.
- Verlichting: Voor kunstlichtfotografie heb je een externe flitser of continue verlichting nodig. Softboxen en diffusorschermen helpen om het licht gelijkmatig te verspreiden. Wil je goedkoop beginnen? Check dan de post over het fotograferen met led (Ikea) lampjes.
2. Kies de juiste locatie
Selecteer een geschikte locatie voor je foodfotografie. Je kunt dit binnen doen, bijvoorbeeld in je keuken, of ergens anders waar je controle hebt over de belichting. Het is handig om een tafel bij een raam te plaatsen om natuurlijk licht te gebruiken in combinatie met kunstlicht. Let wel op dat je strooilicht voorkomt van andere lichtbronnen. Zeker bij een combinatie belichting is het handig om alle extra lampen in huis uit te zetten. Dat voorkomt een mix van verschillende witbalans.
3. Zet alles klaar
Voordat je begint met fotograferen, moet je je set voorbereiden. Kies borden, bestek en servies dat past bij de stijl van het gerecht dat je wilt fotograferen. Overweeg ook de achtergrond, placemats, en decoratieve elementen om de algehele uitstraling te verbeteren. Je kunt natuurlijk aan de gang gaan met wat je toevallig hebt liggen maar het is fijn om wat keuze te hebben. Zeker als je het hebt over achtergronden en ondergronden. Dat hoeft geen vermogen te kosten. Vinyl backdrops zijn betaalbaar en kun je bovendien makkelijk weer opbergen.
4. Creëer een belichtingsplan
Denk na over hoe je het kunstlicht wilt gebruiken. Experimenteer met de hoek en intensiteit van de verlichting. Verlichting van opzij kan textuur en diepte benadrukken, terwijl verlichting van boven een gelijkmatigere belichting kan bieden, maar lang niet altijd mooi is. Let op dat het licht niet te plat wordt. Schaduwen hebben vaak een functie maar mogen niet afleiden van je hoofdonderwerp. Gebruik diffusiematerialen om hard licht te verzachten en schaduwen te verminderen. Dat hoeft niet duur. Een stuk wit karton of en stuk piepschuim werkt vaak goed als reflector. Het licht verzachten kun je doen met een stuk overtrekpapier, bakpapier of een stuk (egale) vitrage. Alles wat het licht enigszins doorlaat kan hier werken.
5. Controleer je camera-instellingen
Stel je camera in op handmatige modus zodat je volledige controle hebt over de belichting. Overweeg de volgende instellingen:
- Diafragma: Kies een groot diafragma (klein f-getal) om een mooie onscherpe achtergrond te creëren en de focus op het gerecht te leggen.
- Sluitertijd: Pas de sluitertijd aan om de juiste belichting te krijgen. Omdat je met kunstlicht werkt, kun je de sluitertijd langer maken zonder je zorgen te maken over bewegingsonscherpte. Wil je juist een snelle sluitertijd omdat je beweging wilt toevoegen? Let er dan op dat je camera een flitssynchronisatie tijd heeft. Dat betekent dat je niet sneller (afhankelijk van je camera) kunt dan bijvoorbeeld 1/125s of 1/200s.
- ISO: Houd de ISO-waarde zo laag mogelijk om ruis te minimaliseren.
De slecht licht special gaat nog dieper in op alle elementen die je kunt gebruiken voor foodfotografie met kunstlicht.
